De Grassentuin.
Een foto van Ernst Pagels, de internationaal bekende grassenkweker uit Lehr in Duitsland net over de grens bij Groningen, had indruk gemaakt bij Henk, mijn vader. Pagels stond daar bijna verborgen midden in zijn manshoge grassen. Dat was zo verrassend, iemand tussen zwierende grassen die hem overstegen. Zo een met de natuur. Met dat idee/gevoel is de Grassentuin ontstaan.
Iets anders dan een bekende prairietuin. 
In de Grassentuin geen exotische bloemen, geen uitbundige kleuren en geen lavasplit als bodembedekker. Vooral groen en bescheiden kleurnuances in grijs, lichtblauw en paars/rood. Daardoor komen de verschillende bladstructuren en groeiwijzen prachtig tot hun recht. Dat maakt de Grassentuin juist zo bijzonder. Zeker als in herfst de grassen gaan bloeien wordt het genuanceerde kleurenspel versterkt en komen de verschillende vormen van de bloeiende pluimen nog beter tevoorschijn. Het dan ook een echte beleving als in de herfst de wind door de metershoge grassen waait. Zelfs bij het kleinste zuchtje wind ruisen de pluimen en de beleving wordt extra als ook het zonlicht en kleine waterdruppeltjes de nuances van de eenvoudige kleuren versterkt.
Een kronkelend pad gaat door de Grassentuin,waarmee na iedere bocht weer een nieuw verrassend beeld zich ontsluit. Hier komen ook de verschillende typen grassen volledig tot hun recht. Miscanthus, pennisetum, molinia en vele andere soorten zijn in vele varieteiten gebruikt.
Toch is in de Grassentuin gewerkt met kleur, zeker als de grassen bloeien is duidelijk een hoek te herkennen met geel/grijs dan wel donker/blauw of rood/bruin. Ook is er een hoek met vooral bontbladige soorten. Gelukkig is de tuin groot genoeg om alles tot zijn recht te laten komen.